Tekst van de Boeddha, Dhammapada vers 1-6
Ik las u de eerste verzen van de Dhammapada, een van de oudste boeken die opgetekend zijn, van de wijsheid van de Boeddha. Deze verzen raken het hart van het thema van vandaag: innerlijke vrede in tijden van onrust.
Innerlijke vrede is de grond van alle vrede, dus ook van wereldvrede. “Zij die begrijpen dat wij allen dood zullen gaan, leggen hun ruzies bij”. Doordrongen zijn van een echt besef van dood en vergankelijkheid betekent ook een echt doorleven van alles wat hoort bij tijden van onrust. Het zet ons op het spoor van innerlijke vrede.
Hoe kan je innerlijke vrede bereiken of bewaren? De gordijnen dichtdoen en zorgen dat je het binnen goed hebt? Je wonden likken en jezelf beschermen? Nee, met dichte gordijnen en een muur om je heen bereik je slechts een tijdelijke schijnvrede. Eens wil je weer frisse lucht en ben je kwetsbaar.
Bittere gedachten kunnen begrijpelijk zijn – als je onheus bejegend bent, onrechtvaardig behandeld of ronduit besodemieterd. Het is een natuurlijke reactie van zelfverdediging tegen pijn. Tegelijk helpt het je niet, integendeel: met je kwaadheid en bitterheid vergiftig je je eigen hart. Hoe lastig is het om dat in te zien als je onrechtvaardig behandeld bent. Hoe lastig om niet te wijzen op die ander: “Hij heeft het veroorzaakt dat ik bitter ben.” “Het komt door jou.” Maar nee, dat klopt niet. Wat je zegt, is niet waar. Iemand heeft jou pijn gedaan maar je bent het zelf die de pijn vasthoudt en herhaalt in je hoofd, en die zo je hart bitter maakt. Jij bent het die verhardt.
Wil je het de ander betaald zetten, wil je pijn terug doen?
En helpt dat?
Wraak is een schijnoplossing, even proeft het zoet en machtig. Maar pijn terug doen creëert angst en een geweldsbalans die ieder moment kan doorslaan. Je kunt het testen: als je niet licht en vredig wordt van wat je vindt en doet, maar als je hart verhardt – dan zit je niet op het pad van de vrede.
Je kunt het onrecht ook dwars door je heen laten vallen, je kunt het van je afschudden als zand van je schoenen. Iemand tegenhouden, stoppen om je pijn te doen, kan ook zonder bitterheid. Ook op een vriendelijke manier kan je nee zeggen. Het is niet makkelijk, zeker niet als je wordt gekwetst. Het lijkt zelfs een beetje dom. Maar het is vriendelijkheid die vijandigheid geneest. Ooit vriendelijk gedaan tegen een onbekende die iets bozigs uitstraalde? Zag je hoe die persoon smolt en van weeromstuit vriendelijk werd? En dat is niet dom, maar dat is een hele kunst.
Wat is er de kunst van? Wat maakt het zo lastig om te doen, wat weerhoudt ons om vriendelijk te zijn? Het is de pijn die ons weerhoudt. De kunst is je eigen kwetsbaarheid te accepteren en de pijn die je oploopt aan het leven ook te durven doorstaan. Wie de pijn die je oploopt in het leven, doorleeft en weer loslaat, die voorkomt dat bitterheid ontstaat.
Innerlijke vrede in tijden van onrust verschilt niet wezenlijk van innerlijke vrede in rustige tijden. Innerlijke vrede is nou juist innerlijke vrede omdat jij je niet wezenlijk laat beďnvloeden door de omstandigheden. Innerlijke vrede noemen we in het boeddhisme ‘gelijkmoedigheid’. Het is een van de belangrijkste eigenschappen om in onszelf te ontwikkelen, om in te oefenen.
Zoals je alleen moed kunt ontwikkelen als je je angst onder ogen ziet – zo kan je alleen innerlijke vrede of gelijkmoedigheid ontwikkelen door niet om je heen te slaan in tijden van onrust. Laat de onrust door je heen gaan, verwerk hem en laat hem weer los.
Weet je dus uitgenodigd juist in deze tijden een zuiver hart te ontwikkelen. Zet vriendelijkheid tegenover vijandigheid. En wees je bewust van ons aller vergankelijkheid. Alleen met innerlijke vrede kan je de onrust aan.
Diana Vernooij is boeddhist en christen, ze beoefent de Vipassana